Meer tijd voor
risicokind
door ander
takenpakket arts en ver-
pleegkundige

NAAR OVERZICHT   LEES VERDER

Geef de jeugdverpleegkundige op het consultatiebureau meer verantwoordelijkheden, zodat de arts tijd overhoudt voor kinderen met een verhoogd risico. Dat is het idee achter het onderzoek naar taakherschikking binnen de JGZ. De voordelen liggen voor de hand, maar er zijn ook aandachtspunten.

“Verpleegkundigen nemen mij werk uit handen, zodat ik meer tijd kan besteden aan kinderen die extra aandacht nodig hebben.” Dat zegt Helen Ennema, jeugdarts bij Icare en GGD IJsselland. Zij en haar collega’s werken al sinds 2011 volgens de nieuwe werkwijze en zijn daarover te spreken. “Per consult heb ik meer tijd voor de risicokinderen en hun ouders en de allerkleinsten. Ook is er meer ruimte voor verdieping van mijn vak. Ik heb bijvoorbeeld meegewerkt aan een onderzoek naar koemelkallergie bij babies.”

Vinger aan de pols
Vanaf het twee-maanden-consult worden de kinderen ingedeeld bij de arts of jeugdverpleegkundige. Die laatste volgt ter voorbereiding op het nieuwe takenpakket een intensieve training van vier maanden. In de praktijk zal hij of zij ruim driekwart van de kinderen gaan zien, de overige 25% wordt ook door de arts gezien. “Maar bij twijfel of afwijkend onderzoek zal de verpleegkundige altijd terugvallen op de arts”, aldus Ennema. “We overleggen sowieso meer, ook ná de consulten. Op die manier houden we de vinger steeds aan de pols.”

Vast gezicht
Hoewel meer onderzoek nodig is om de effectiviteit vast te stellen, lijkt de werkwijze bij te dragen aan betere zorg. Elske Ploeg, verpleegkundige bij Icare, heeft er met de taakherschikking nieuwe taken en verantwoordelijkheden bij gekregen. “Het biedt mogelijkheden om taken beter te verdelen en meer samen te werken rondom de zorg voor gezinnen waar dat écht nodig is. Gezinnen zonder verhoogd risico hebben een vast gezicht, de verpleegkundige. Dat wordt gewaardeerd.”

Aandachtspunten
Desondanks wil Ploeg nog niet de loftrompet steken. “De consulten lopen goed, maar daarbuiten zijn we echt nog zoekende naar een herverdeling van taken. Artsen zijn intensiever betrokken bij risicogezinnen, waardoor zij in een gebied komen waar vroeger juist de verpleegkundige opereerde. Dat kan best pittig zijn. Door intervisie gaan we daar binnenkort aandacht aan schenken.”

LEES VERDER

‘Per consult heb ik meer tijd voor de risicokinderen en hun ouders en de allerkleinsten’

Feiten en cijfers

  • Aan het onderzoek deden 3500 kinderen (0-4 jaar) mee. Dertien verpleegkundigen werden getraind om vanaf twee maanden de standaard consulten uit te voeren. Zij zagen 71% van de kinderen.
  • De betrokken artsen zagen 27% van de kinderen op indicatie (was vroeger 57%). Zij besteedden 17% van hun productieve tijd aan andere taken, naast hun consulten en naast extra consultatie door de verpleegkundige.
  • Gemiddeld heeft een jeugdarts 20 minuten voor een consult. Door taken te herschikken kon dit oplopen tot 25 minuten en is er meer tijd voor intern overleg.
  • Icare is nu bezig met de implementatie organisatiebreed, in september 2014 start de derde ronde trainingen, voorjaar 2015 de laatste ronde.
  • Implementatie gaat fasegewijs, gerelateerd aan natuurlijk verloop. Als overal het eindplaatje is bereikt heeft de organisatie 40% minder formatie jeugdartsen nodig, maar omdat niemand ontslagen wordt kost het tijd om dat eindplaatje te bereiken.
  • Na informatie over taakherschikking was slechts 2% van de ouders er op tegen dat alle consulten door de verpleegkundige werden uitgevoerd.


ZonMw projecttitel: Impact en uitvoerbaarheid van taakherschikking van arts naar verpleegkundige binnen de JGZ 0-4. Projectnummer 156511003

Meer informatie

Meer weten over taakherschikking van arts naar verpleegkundige? Neem dan contact op met projectleider Janine Benjamins van Icare: [email protected]

Video
Share

Facebook

Twitter

LinkedIn

Contact

Verstuur

Aanmelden

Meld aan