Hoe bepaal je of een jong kind risico loopt op gezondheidsproblemen? En wat is daarvoor de beste leeftijd? Hoewel het perfécte moment ook na onderzoek onduidelijk blijft, pleiten jgz-professionals zelf voor drie maanden. Ook al moeten zij dan onderling iets meer overleggen.
De ene keer op bezoek bij de arts, de volgende keer weer bij de verpleegkundige. Dat is in veel consultatiebureaus de gebruikelijke praktijk. Maar volgens Daphne de Lange, manager bij Thebe Jeugdgezondheidszorg in Oosterhout, is dat niet de meest handige verdeling. “Wil je maatwerk leveren, dan moet je meer oog hebben voor de verschillen.” Maar wat zijn die verschillen? En vanaf welke leeftijd worden die zichtbaar? Om dat te bepalen experimenteerden een aantal consultatiebureaus van Thebe in Noord-Brabant met triage op verschillende leeftijden, variërend van 2 tot 26 weken. Op basis hiervan kwam een kind onder behandeling van de arts, de verpleegkundige of de verpleegkundig specialist.
Triage met drie maanden
Hoewel harde cijfers ontbreken – er zijn in het onderzoek te weinig gegevens verzameld – lijkt triage met drie maanden mogelijk het meest geschikt als eerste triagemoment. “Triëren met drie maanden waarborgt de continuïteit van begeleiding en geeft verpleegkundig specialisten de kans om tijdig een relatie op te bouwen met ouders en kind”, licht De Lange toe. “Daarnaast heeft de jeugdarts de zuigeling ten minste twee keer gezien. Hierdoor voelt deze zich zekerder in het nemen van de verantwoordelijkheid.”
Overleg nog belangrijker
Met het triage zorgmodel wordt de functie van verpleegkundig specialist verankerd in het consultatiebureau. Regelmatig overleg tussen de disciplines wordt daardoor nog belangrijker “Iedereen schuift daarom aan tijdens ons maandelijkse multidisciplinaire overleg, tot de assistentes aan toe”, aldus De Lange. Meer dan vroeger kijken de medewerkers daarbij naar de verschillende facetten die een rol spelen in de ontwikkeling van een kind. “Van de sociaaleconomische status van de ouders tot aan de wijk waarin een kind opgroeit; ál die zaken zijn belangrijk.”
Betere zorg, meer vertrouwen
De werkwijze slaat aan in de praktijk en de medewerkers van de deelnemende bureaus zijn enthousiast. “De taakverdeling is een stuk eenvoudiger geworden en de betrokkenen werken meer als team. Hierdoor kunnen zij de tijd voor zorg beter gebruiken. De ouders ervaren dit ook zo. De vertrouwensband die zij met ‘hun’ vaste gezicht bij het consultatiebureau opbouwen, is van onschatbare waarde.”
‘De taakverdeling is een stuk eenvoudiger geworden’
ZonMw projecttitel: Kwalitatief onderzoek naar de gevolgen van triage op verschillende leeftijdsmomenten, een beschrijvend procesonderzoek. Projectnummer 156511007
Meer informatie over de resultaten van dit onderzoek? Neem contact op met projectleider Daphne de Lange: [email protected]