Kleine onderzoeksgroepen? Dat doet af aan wetenschappelijke relevantie! 4 jaar lang ouders volgen? Dan duurt het veel te lang voordat we er iets aan hebben! De werelden van praktijk en onderzoek moeten binnen de werkplaatsen naar elkaar toe groeien. Op een manier waarop beide velden tot hun recht komen. Lees hier wat daarvoor nodig is.
Ga direct in het begin samen nadenken en discussiëren over wat volgens álle betrokken partijen relevant is om te onderzoeken en wie welke bijdrage levert. Neem de tijd om elkaar te leren kennen, elkaars taal te leren spreken en een netwerk te worden met een gezamenlijk doel. Als je hierin al bij de start investeert, heb je daar gedurende de hele looptijd plezier van.
Eva Mulder
Coördinator Academische Werkplaats Risicojeugd
Het vertrekpunt is een maatschappelijk vraagstuk waarvoor je samen naar oplossingen zoekt. Gedurende het proces ontstaan nieuwe inzichten en (ook) andere vragen, waardoor je de koers bijstelt. Er gebeuren altijd onverwachte dingen. Houd hier rekening mee in je keuze voor een passende onderzoeksopzet, blijf flexibel en beweeg mee. Samen innoveren en verbeteren met de inzet van praktijkgericht onderzoek is een dynamisch proces.
Door als werkplaats naast kennisdoelen ook leer- en veranderdoelen op te stellen, groeien wetenschap en praktijk naar elkaar toe. Participatief actieonderzoek helpt bijvoorbeeld om wetenschappelijke kennis te ontwikkelen, het leerproces te stimuleren bij betrokkenen, in de praktijk een oplossing te vinden en een veranderproces op gang te brengen om die oplossing te realiseren. De onderzoekers maken deel uit van de praktijk en de betrokkenen uit de praktijk worden soms co-onderzoeker. Dat bevordert aandacht voor de unieke context waarin je samen leert en aan een verandering werkt. In het rapport Lessons learned van het project Koplopers lees je wat er komt kijken bij het opzetten en uitvoeren van een participatief actieonderzoek. Meer lessen over (participatief) actieonderzoek vind je in de ZonMw-Handreiking Actieonderzoek en in dit verslag van een ZonMw projectleidersbijeenkomst voor actieonderzoekers.
Lucienne van Eijk
Coördinator C4Youth
Zorg voor een goede wetenschappelijke basis door onderzoekers vanuit de universiteit of een lectoraat als partner te betrekken in een werkplaats. Zij kunnen ervoor zorgen dat onderzoek methodisch solide is en de onafhankelijke blik op de uitvoering en resultaten is gewaarborgd. Zorg er ook voor dat de resultaten praktisch toepasbaar zijn en dat praktijkorganisaties méér zijn dan onderzoeksobject en vindplaats. Het vergt kortom scherpe keuzes wat je als werkplaats samen gaat onderzoeken, en hoe. Durf in sommige gevallen te kiezen om bepaalde onderzoeken, bijvoorbeeld een klassieke effectstudie, níet binnen de werkplaats te doen.
Co-creatie en werkelijk gezamenlijk onderzoek doen, kan alleen als deelnemers zich echt gelijkwaardig voelen in de samenwerking. Sta regelmatig stil bij dit punt. Voelt iedereen zich gehoord en serieus genomen? Dus ook de professionals en de ervaringsdeskundigen in je project?
Deel gedurende het onderzoekstraject regelmatig waar je mee bezig bent. Ook al is het nog niet af. Dit verhoogt de betrokkenheid van partners enorm. Het motiveert mensen als ze (de eerste) concrete resultaten te zien, het geeft inzichten en helpt veranderingen in gang te zetten.
De uitkomsten van onderzoek kunnen gevoelig liggen voor organisaties. De bevindingen zijn misschien minder positief dan gedacht, waardoor organisaties in een lastig parket terechtkomen: welke gevolgen knoopt de financier hieraan? Bespreek vooraf wat er kan gebeuren als de uitkomsten ‘tegenvallen’. Is een partner in de werkplaats tevens financier? Dan is een gesprek over diens rol op zijn plaats. Bedenk verder met elkaar hoe belangrijk het is om ook minder ‘rooskleurige’ uitkomsten boven tafel te krijgen – reken elkaar daar niet op af, maar zie ze als uitgangspunten voor verbetering.
Kies een neutrale, ervaren projectleider die ruimte geeft aan ieders stem. Zorg dat hetgeen je wilt onderzoeken voor iedereen even urgent is en check regelmatig of alle betrokkenen dat nog steeds zo ervaren. Voor sommige deelnemers aan de projectgroep is het soms lastig om tijd vrij te (blijven) maken, omdat ook andere zaken hun aandacht vragen. Denk aan lesgeven, ouders en kinderen helpen, studeren. Het helpt als de projectleider persoonlijk contact houdt om mensen betrokken te houden. Een ander advies is om (online) bijeenkomsten te plannen op momenten waarop het de deelnemers weinig inspanning kost om aan te haken. Bijvoorbeeld na of tijdens teamvergaderingen.
Noortje Pannebakker
Coördinator AW SAMEN
Door écht samen te onderzoeken en te innoveren, gaat de invoering van een onderzochte werkwijze vaak veel gemakkelijker. Het zorgt ervoor dat er direct al meer oog is voor de praktische toepasbaarheid. Maar daarmee ben je er nog niet. Een goede voorbereiding en een planmatige aanpak zijn essentieel voor succesvolle implementatie. Zet ook je implementatiedoelen scherp en neem die expliciet op in je onderzoeksopzet. Wanneer is de implementatie succesvol? Wat wil je bereiken? Bij wie? Lees meer in het artikel ‘Implementeren doe je zo’ of ‘Maak zelf een implementatieplan’
Laat je verrassen door wat bijvoorbeeld professionals en studenten inbrengen. Beweeg mee met veranderende activiteiten. En als het niet gaat zoals je had gepland, pas dan je planning aan. Soms is eerst iets anders nodig, voordat je kunt uitvoeren wat je had bedacht. Soms moet je zelf ook loslaten hoe jij denkt dat ‘het hoort’, om te ontdekken dat iets op een andere manier ook prima kan. Jouw kennis en ervaring komen op een ander moment wel tot hun recht.
Marja van Bon
Coördinator AWTJ Utrecht
Bereid je erop voor dat de samenstelling van je projectgroep gaandeweg verandert. Iemand krijgt een andere functie, gaat met verlof, studeert af. Dus vormt het tussentijds werven van nieuwe deelnemers ook onderdeel van je werkzaamheden, net als blijvend investeren in het netwerk om de neuzen dezelfde richting op te houden. Een ander idee is om voor dubbele bezetting te zorgen, zodat je achtervang hebt. Verder is het handig om sleutelfiguren of ambassadeurs te hebben in elke betrokken organisatie. Zij kunnen het project op de kaart houden, ook als er personele wisselingen zijn. En zorg dat je alle afspraken, projectvoorstellen en voortgangsrapportages goed vastlegt, voor de overdracht!
Prachtige praktijkonderzoeken die een innovatieve jeugdhulp bevorderen, kunnen toch mislukken door budgettaire problemen, veranderde visies van de gemeente, onduidelijke taakverdeling. Je wilt werken aan praktijkgerichte verbeteringen, maar loopt aan tegen (ondertussen gewijzigde) randvoorwaarden. Werkplaats C4Youth beschrijft in ‘De moeizame weg van de transformatie’ eerlijk hoe ze tegen de muren van de transformatie in de zorg voor jeugd aanliepen. En toch is doorgaan de enige weg.